Plantaardig vlees smaakt, ziet eruit en voelt net als dierlijk vlees, maar bestaat volledig uit plantaardige ingrediënten. Dit omvat eiwitten, vetten, koolhydraten, vezels, vitaminen, mineralen en water. Het doel is om een deel of al het vlees op dierlijke basis in onze voedselconsumptie en -productie te vervangen. Dat doel is niet onwaarschijnlijk. Plantaardig vlees kent een groei van drie en twee cijfers, met vegetariërs, veganisten maar ook met "flexitariërs." De laatste groep bestaat uit vleeseters die vleesvervangers in hun dagelijkse voeding hebben ingevoerd.

Hoe wordt plantaardig vlees gemaakt? Laten we eens kijken.

Extrusie is een van de belangrijkste methoden voor de productie van plantaardig vlees. Het is ook een van de meest energiezuinige middelen voor de massaproductie van voedingsmiddelen die vandaag de dag beschikbaar is. Extrusietechnologie mengt zachte ingrediënten, vormt het voedsel, kookt het en verwerkt het in een 3-stappenproces.

In de eerste stap worden de eiwitpoeders (van soja, linzen, kikkererwten, ...) voorgemengd om de kwaliteit van het eindproduct te garanderen. Vervolgens wordt het mengsel in een extruder gevoerd, die bestaat uit een vat met draaiende vijzels. De extruder vormt en kookt het voedsel – gewoonlijk binnen enkele seconden.

Ten slotte is het product klaar voor verwerking, wat alles kan omvatten van snijden tot slijpen of coaten. Het gehele extrusieproces is een continu, controleerbaar en kostenefficiënt productiemiddel. Daarom zetten veel voedingsmiddelenproducenten hun bestaande processen om naar extrusie vanwege de kosten en milieuvoordelen.

Tijdens de extrusie van plantaardige vleesproducten wordt stikstofgas in de extruder geïnjecteerd. Het doel is om een proces te bereiken dat eiwitbeluchting wordt genoemd. De stikstof creëert een microporeuze structuur in het product. Dit zorgt voor een betere kleur, een 'vlezigere' textuur en een betere smaakabsorptie.